Te laat!
Hoor eens even, beste vriendin,
jij leverde te laat je lijstje in.
(Luister eens even, beste vriend,
je hebt te laat je lijstje ingediend.)
Sint kon niet langer wachten.
Hij had al wat leuks in gedachte.
Dat heeft hij gekocht op de bonnefooi.
Misschien vind je het helemaal niet mooi.
Wees niet boos, houd je fatsoen.
Sint kan er werkelijk niets aan doen.