Een heleboel cadeautjes
Sint ging in zijn Grote Boek
naar jouw mooie naam op zoek.
Wie zag hij staan op bladzij 6?
Dat waren Emma, Daan en Tess.
Hij zag ook Lucas, Bram en Gina
En toen zag hij jóuw naam: Nina.
Nu zal je misschien wel weten
Dat er meer meisjes Nina heten.
Toch wist Sint zeker: dat ben jij,
want er stonden aardige dingen bij.
Nina is een lieve meid.
Nina helpt haar oma altijd.
Nina is grappig en leuk.
Met Nina lig je in een deuk.
Dat gaf Sint een goed gevoel.
Jij krijgt cadeaus, een heleboel!